Reactie op hinder Borgsweer

15 juni 2012

Reactie op hinder Borgsweer

Begin dit jaar liet de Provincie Groningen een onderzoek uitvoeren door de GGD naar de gezondheidsrisico’s voor omwonenden van Chemiepark Delfzijl. Samen met ‘Delfzijl, lekker leven aan zee???’ (DLLAZ) plaatsten we enkele kanttekeningen bij dit rapport. We zijn positief dat GS concludeert dat er veel hinder optreedt en dat zij  de bestuurlijke wil uitspreken om dit aan te pakken. Nu worden bedrijven direct aangesproken op de buitensporige hinder die zij veroorzaken. GS heeft toegezegd hier provinciaal gebiedsgericht beleid op te formuleren om zo hinder in de toekomst te voorkomen.

Te korte meetperiode
De GGD voerde een luchtmeetonderzoek uit. De duur van dit onderzoek was echter erg kort, en tijdens deze korte periode waaide de wind niet zuidwest, zoals in Borgsweer doorgaans wel het geval is. Hierdoor treedt volgens ons een grove onderschatting op van gemeten waarden. Vergelijk het met een onderzoek naar verkeershinder in de zomervakantie, daarvan is ook duidelijk dat de resultaten niet representatief zijn.

Daarnaast baseert de GGD zich in haar onderzoek op resultaten uit enquêtes die in de gemeente Delfzijl zijn gehouden. De bewoners van Borgsweer zijn niet bekend met de enquête en herkennen zich niet in de uitslag. Er is het vermoeden dat de enquête vooral betrekking heeft op de inwoners van Delfzijl, en niet zozeer van Borgsweer en overige dorpen aan de oostkant van het industriegebied. Ook hier is juist de zuidwestenwind verantwoordelijk voor de hinder naar de omgeving. De stad Delfzijl heeft hierdoor minder kans op hinder.

Wel invloed gezondheid
Ook constateren wij dat de inhoud van het rapport van de GGD niet overeenkomt met de gegeven samenvatting van GS. De begeleidende brief van het college stelt:
“Samenvattend komt het GGD rapport met de conclusie dat er geen aanwijzingen zijn dat de gezondheid van omwonenden van het chemiepark Delfzijl in meetbare vorm is geschaad door lichamelijke inwerking van chemische stoffen afkomstig van de industrie.”.
Het venijn zit hem hier in de omschrijving ‘lichamelijke inwerking’. Het rapport van de GGD toont op een aantal punten aan dat er wel degelijk invloed is op de lichamelijke gezondheid. Ook wordt gesteld dat het percentage personen met luchtwegaandoeningen hoger is dan het gemiddelde in de provincie Groningen. Belangrijker is de conclusie dat op basis van het GGD-onderzoek niet beweerd kan worden dat er géén invloed is. Het tegendeel is dus ook niet aangetoond: een belangrijk gegeven voor de omwonenden die geen uitsluitsel hebben, en daarmee geen zekerheid.
De conclusie van de GGD dat er geen lichamelijk inwerking is, is slechts gebaseerd op de gemiddeld gemeten concentratie van de bekende stoffen. Dat dit geen goede indicator is mag gezien de vele incidenten (met bijbehorende grote uitstoot van diverse (onbekende) chemische stoffen) duidelijk zijn, maar ook gezien de windrichting gedurende het onderzoek in twijfel worden getrokken.

Gebiedsgericht omgevingsbeleid
Tot slot hebben we vragen gesteld over de toekomstperspectieven van bedrijventerrein Oosterhorn, het gebied waar de inwoners Borgsweer het meest dichtbij wonen. De Natuur en Milieufederatie Groningen en DLLAZ hebben de behoefte aan een perspectief op de groei van bedrijvigheid op bedrijventerrein Oosterhorn: hoe zit het met uitstoot van fijnstof, fluor of vluchtige koolwaterstoffen? Leidt een toename van bedrijven ook tot toename van geurhinder en hoeveel kunnen we verwachten? De NMG en DLLAZ hebben hun vertrouwen gegeven in het project Ecologie en Economie in Balans waarbij gezocht wordt naar een antwoord op deze vraag: binnen welke natuur- en milieukaders kunnen de economische ontwikkelingen in de Eemsdelta (ook Oosterhorn) plaatsvinden? Het sturen op de emissies van de regio als geheel in plaats van de emissies van de individuele bedrijven staat hierbij voorop.

De brief van de Natuur en Milieufederatie Groningen en DLLAZ die zij aan Provinciale Staten stuurden, vindt u hier.