Aardbevingsrisico in Groningen

21 februari 2013

Aardbevingsrisico in Groningen

In de afgelopen weken is de discussie over gaswinning in Groningen in een stroomversnelling geraakt door het rapport van Staatstoezicht op de Mijnen. De conclusies van het rapport, dat aardbevingen in het winningsgebied in kracht en frequentie zullen toenemen, leiden zowel regionaal als landelijk tot een fel politiek debat over de gaswinning. Ook de Natuur en Milieufederatie Groningen is betrokken bij dit debat en maakt zich zorgen.

Het debat gaat vooral over de consequenties die uit het verhoogde risico getrokken moeten worden: moet de gaswinning geheel worden gestopt of worden gereduceerd? Moet het gebied meer meedelen in de opbrengsten, zodat een betere balans bestaat tussen lusten en lasten van de gaswinning?

Standpuntbepaling
De Natuur en Milieufederatie Groningen heeft daarover nog geen standpunt bepaald, omdat het rapport een aantal vragen open laat die eerst beantwoord moeten worden. Bijvoorbeeld de vraag of geleidelijke vermindering van gaswinning ook leidt tot een verminderd risico over aardbevingen, of dat het alleen maar uitstel van executie is. Ook overleggen we met organisaties in onze achterban en daarbuiten die direct betrokken zijn, zoals de Groninger Bodem Beweging. We verkennen op dit moment de mogelijkheid gezamenlijk op te trekken.

Inventarisatie van risico’s en gevolgen gaswinning
De afgelopen weken hebben we  informatie verzameld over de directe en indirecte schade van gaswinning op natuur, landschap, milieu, leefomgeving en veiligheid. De eerste inventarisatie van risico’s en gevolgen van de gaswinning hebben we aangeleverd aan Gedeputeerde Staten van Groningen, om onder de aandacht van de Minister te brengen. Hierna zijn over deze inventarisatie ook gesprekken gevoerd met de NAM. De NAM heeft toegezegd deze inventarisatie om te zetten in onderzoeksopdrachten. Zij zullen ons ook betrekken bij de formulering hiervan. Met hen gaan we kijken wie het onderzoek het beste kan uitvoeren.

Minister Kamp heeft om dat onderzoek gevraagd om daaruit volgend jaar conclusies te kunnen trekken over de toekomst van de gaswinning in Groningen. De Natuur en Milieufederatie Groningen is van mening dat de NAM geen geschikte partij is om deze onderzoeken uit te voeren. Daarnaast vinden we dat de politieke besluitvorming over gaswinning niet uitgesteld kan worden vanwege langdurig onderzoek.

Onderwerpen
De Natuur en Milieufederatie Groningen heeft met de eerste inventarisatie van risico’s en gevolgen van de gaswinning onder andere de volgende onderwerpen onder de aandacht gebracht:

  • De onveilige situatie in de Eemsdelta door toenemende druk op zwakke dijken door de combinatie van stijgende waterspiegel, bodemdaling en hoger aardbevingsrisico. Achter deze dijken is een combinatie van woningen, chemische industrie, opslag van olie én energiecentrales te vinden. Een nieuwe kustverdediging, die bestand is tegen krachtiger aardbevingen en een hogere waterstand, is daarom noodzaak om de veiligheid van mens, dier en natuur te waarborgen voor dit gebied.
  • Toenemende druk op het Eems-Dollardestuarium, dat al zoveel problemen kent. Door bodemdaling en verdere opstuwing van het water moeten (nog meer) kostbare maatregelen worden genomen om verdere natuurschade te voorkomen.
  • Toenemend risico op schade aan industriële installaties en leidingen, met alle gevolgen voor natuur en milieu van dien. Dit leidt tot de noodzaak deze installaties aardbevingsbestendig te maken en om te zorgen voor beschikbaarheid van opruimcapaciteit in geval van een calamiteit.
  • Verdere bodemdaling als gevolg van de gaswinning heeft tot gevolg dat de hydrologische dynamiek in Groningen verandert. Beken en waterlopen kunnen niet meer op een natuurlijke manier naar de Eems-Dollard stromen. Dit heeft grote gevolgen voor natuurbeheer en –kwaliteit, de visstand en vismigratie. Sommige gebieden in Groningen worden natter, andere juist droger dan gewenst, wat weer zorgt voor de noodzaak van andere of meer waterbergingsgebieden.
  • Urgentie voor een nieuw risicoprofiel met betrekking tot opslag in en gebruik van de Groninger bodem. Door een hogere kans op aardbevingen moet kritischer worden gekeken naar de toelaatbaarheid van leidingen met gevaarlijke stoffen, gasopslag, CO₂-opslag et cetera.
  • Door een hoger aardbevingsrisico ontstaat mogelijk ook schade aan karakteristieke en beschermde landschapsstructuren en cultuurhistorisch erfgoed.

Uiteraard houden wij u op de hoogte over de verdere ontwikkelingen over dit onderwerp.