Methodeboek 50% lokaal eigenaarschap is online beschikbaar
30 maart 2021
Methodeboek 50% lokaal eigenaarschap is online beschikbaar
De Natuur en Milieufederatie Groningen (NMG) heeft een bijdrage geleverd aan het methodeboek 50% lokaal eigenaarschap. In het klimaatakkoord is afgesproken dat er gestreefd wordt naar 50% lokaal eigenaarschap. Echter leven er bij betrokken partijen veel vragen over hoe dit gerealiseerd kan worden en of dit überhaupt wel mogelijk is. Het methodeboek laat zien dat het mogelijk is en dat je als gemeente zo vroeg mogelijk moet beginnen met het organiseren van 50% lokaal eigenaarschap. Te beginnen met een goed gesprek met de omgeving en heldere voorwaarden in je beleid.
Het methodeboek is een gereedschapskist voor gemeenten vol met aanbevelingen en handvaten voor het succesvol organiseren van 50% lokaal eigenaarschap bij nieuwe zonne- en windparken. Dit adviesdocument is geschreven samen met Witteveen+Bos, de Groninger Energie Koepel en Team Hotze om gemeenten te ondersteunen in de realisatie van lokaal eigenaarschap in nieuwe wind- en zonneparken. Maar natuurlijk roepen wij ook onze achterban op om gebruik te maken van het methodeboek, voor de realisatie van hun eigen projecten of als inspiratie voor het gesprek met gemeenten en ontwikkelaars. Het methodeboek is opgesteld in opdracht van RES Groningen.
Download hier het Methodeboek Lokaal eigendom en participatie RES Groningen
30 maart 2021
Waarom is 50% lokaal eigenaarschap zo belangrijk?
Regionaal en lokaal staan we aan de vooravond van een grote verandering in onze leefomgeving. Dit vraagt om een lokale discussie over hoe om te gaan met de omgeving in de provincie Groningen. De verandering speelt niet alleen in de omgeving van onze wijken en onze dorpen. Ook achter onze eigen voordeur moet het anders. We moeten meer energie besparen en op een andere wijze ons huis verwarmen. De energietransitie komt daarmee dichtbij. Deze transitie kan alleen snel en goed verlopen als bewoners lokaal actief betrokken worden in de transitie in hun eigen omgeving. Lokaal eigenaarschap kan hier een belangrijke rol in vervullen, dit draagt niet alleen bij aan een eerlijke verdeling van de lusten en de lasten. Het maakt ook dat de lokale omgeving zelf zeggenschap krijgt in de energietransitie. Immers ze zijn mede-eigenaar en hebben daardoor een stem die gehoord wordt.
Zeggenschap en eigenaarschap
De NMG zet zich in voor zeggenschap en eigenaarschap vanuit de omgeving in de energietransitie. Inwoners en natuur- en landschapsorganisaties moeten in een vroeg stadium mee kunnen praten en beslissen over de energietransitie: regie hebben over hoe het park eruit komt te zien, wat er gedaan wordt om overlast te voorkomen, en natuurlijk over hoe de opbrengsten worden verdeeld.
Wat nou als de omgeving zelf geen eigenaar van een park wil worden?
Een veelgehoorde opmerking is dat de omgeving toch niet zit te wachten om mede-eigenaar te worden van een zonne- of windpark. Dat het te veel risico zou zijn voor de omgeving om op deze wijze in een project te participeren. Dit kan natuurlijk een eindconclusie zijn. Belangrijk is dat de optie van 50% lokaal eigenaarschap vanaf het begin af aan een concrete mogelijkheid is. Van cruciaal belang is dat een gemeente 50% lokaal eigenaarschap als voorwaarde opneemt in zijn beleid. Zodat het voor ontwikkelaar en omgeving aan de voorkant duidelijk is wat de spelregels zijn en de omgeving goed geïnformeerd wordt over de mogelijkheden van mede-eigenaarschap en de voor- en nadelen die daaraan verbonden zijn.
Risico, inspanningen en mogelijkheden van mede-eigenaarschap
Ook moet de omgeving geïnformeerd worden over de risico’s en inspanningen die mede-eigenaarschap vergen en de mogelijkheden die er inmiddels zijn om lokale coöperaties daarin te ondersteunen en te ontlasten. Waardoor de omgeving vervolgens een weloverwogen keuze kan maken om mede-eigenaar te worden.
Voorbeeld in Westerwolde
Een mooi voorbeeld van dergelijk beleid is het zonneparkbeleid van de gemeente Westerwolde. Daarin wordt 50% lokaal eigenaarschap als voorwaarde gesteld, mocht dit goed onderbouwd en aangetoond niet lukken, dan moet het equivalent aan financiële waarde van 50% lokaal eigenaarschap afgedragen worden aan een lokaal fonds. Het voorbeeld van Westerwolde is een van de praktijkvoorbeelden die worden toegelicht in het methodeboek.
Wanneer moet 50% lokaal eigenaarschap vastgelegd worden?
Het korte antwoord op deze vraag is: zo vroeg mogelijk. Hoe eerder een gemeente heldere en concrete voorwaarden voor lokaal eigenaarschap vast legt in haar beleid hoe beter. Andersom is het zo dat wanneer lokaal eigenaarschap niet goed vastgelegd is in beleid, het heel lastig is om dit alsnog te regelen bij concrete nieuwe projecten voor de omgeving. Dan ben je afhankelijk van de goodwill van de ontwikkelaar.
Organiseren lokale omgeving
Zo vroeg mogelijk vastleggen en organiseren van 50% lokaal eigenaarschap is ook belangrijk omdat er tijd nodig is om de lokale omgeving voldoende te organiseren en te faciliteren om deze rol op zich te kunnen nemen. Dat gaat niet over één nacht ijs. Pas wanneer de omgeving goed georganiseerd is, bijvoorbeeld in de vorm van een breed gedragen coöperatie, kan zij mee ontwikkelen of mee besluiten over de besteding van een omgevingsfonds. Ten slotte heeft zo vroeg mogelijk vastleggen van 50% lokaal eigenaarschap een zeggenschaps- en een financieel aspect.
Ontwikkelfee
Hoe vroeger je als omgeving in een project instapt als mede-eigenaar hoe meer je nog in te brengen hebt op de plannen en de uitvoering daarvan. En hoe meer je kunt delen in de opbrengsten van een park. Daar tegenover staat dat naarmate een project al verder is in de ontwikkeling, hoe minder de plannen nog aangepast kunnen worden. Bovendien zal de omgeving gevraagd worden een ontwikkelfee te betalen aan de ontwikkelaar om toe te kunnen treden als mede-eigenaar. De ontwikkelaar heeft in dat late stadium immers al veel inspanningen verricht om het park vergund te krijgen. Een investering van tijd en middelen die risicovol is, omdat vergunningverlening nog niet zeker is in deze fase.
Dezelfde tijdlijn
Ieder project doorloopt eenzelfde tijdlijn. Naarmate een project de realisatie dichter nadert, neemt de zekerheid van het succesvol ontwikkelen van het park toe en het risico voor het verlies van investeringen af. Elke mijlpaal op de tijdslijn van een project betekent een waardesprong voor de ontwikkelaar. Hoe eerder je instapt, hoe meer je meeprofiteert van deze waardesprong, maar ook hoe meer risico je loopt. In het methodeboek wordt inzichtelijk gemaakt op welke wijze en wanneer op deze tijdlijn lokaal eigenaarschap vastgelegd kan worden.
Het Methodeboek 50% lokaal eigenaarschap
Marjolijn Tijdens
Beleidsmedewerker Klimaat en Energie; werkdagen: ma, di, do, vr